Spaans

Uitgebreide vertaling voor fase (Spaans) in het Zweeds

fase:

fase [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la fase (etapa en el dearrollo; período; etapa)
    utvecklingsfas
  2. la fase
    månfas
    • månfas [-en] zelfstandig naamwoord
  3. la fase
  4. la fase (etapa; período; momento; )
    skede; stadium; scen; hållplats; estrad
    • skede [-ett] zelfstandig naamwoord
    • stadium zelfstandig naamwoord
    • scen [-en] zelfstandig naamwoord
    • hållplats [-en] zelfstandig naamwoord
    • estrad [-en] zelfstandig naamwoord
  5. la fase (fase de flujo de trabajo)

Vertaal Matrix voor fase:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estrad estadio; etapa; fase; momento; período; tramo; trayecto escena
hållplats estadio; etapa; fase; momento; período; tramo; trayecto parada
månfas fase
scen estadio; etapa; fase; momento; período; tramo; trayecto escena
skede estadio; etapa; fase; momento; período; tramo; trayecto
stadium estadio; etapa; fase; fase de flujo de trabajo; momento; período; tramo; trayecto
utvecklingsfas etapa; etapa en el dearrollo; fase; período
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
arbetsflödesstadium fase; fase de flujo de trabajo
fas fase

Verwante woorden van "fase":

  • fases

Synoniemen voor "fase":


Verwante vertalingen van fase