Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. frialdad:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor frialdad (Spaans) in het Zweeds

frialdad:

frialdad [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la frialdad (calofrío; estremecimiento)
    frysning
  2. la frialdad (frescor; frío; indiferencia; )
    kyla; kylighet
    • kyla [-en] zelfstandig naamwoord
    • kylighet zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor frialdad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
frysning calofrío; estremecimiento; frialdad congelación
kyla esquivez; estremecimiento; frescor; frescura; frialdad; frío; frío húmedo; indiferencia aire de distancia; distancia; enfriamiento; falta de intimidad; fresco; frescor; frescura; frío; indiferencia; insociabilidad; resfriado; resfrío
kylighet esquivez; estremecimiento; frescor; frescura; frialdad; frío; frío húmedo; indiferencia falta de intimidad; fresco; frescor; frescura; frío; indiferencia; insociabilidad; resfrío
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kyla pasmarse de frío

Verwante woorden van "frialdad":

  • frialdades

Wiktionary: frialdad


Cross Translation:
FromToVia
frialdad kyla KälteUnfreundlichkeit, Gefühlskälte