Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. impresos:
  2. impreso:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor impresos (Spaans) in het Zweeds

impresos:

impresos [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el impresos (artículo impreso; impreso)
    tryck; trycksak
    • tryck [-ett] zelfstandig naamwoord
    • trycksak [-en] zelfstandig naamwoord
  2. el impresos (impreso; artículo impreso)
    trycksak

Vertaal Matrix voor impresos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tryck artículo impreso; impreso; impresos acento; acentuación; compresión; copia; estampa; huella; ilustración; imprenta; imprimir; peso; presión; print-out; punto de interés; tirar
trycksak artículo impreso; impreso; impresos
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tryck estampado; imprimado

Verwante woorden van "impresos":


impresos vorm van impreso:

impreso bijvoeglijk naamwoord

  1. impreso
    tryckt
    • tryckt bijvoeglijk naamwoord
  2. impreso (copiado; imprimido)
    avtryckt; upptryckt

impreso [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el impreso (artículo impreso; impresos)
    tryck; trycksak
    • tryck [-ett] zelfstandig naamwoord
    • trycksak [-en] zelfstandig naamwoord
  2. el impreso (impresos; artículo impreso)
    trycksak

Vertaal Matrix voor impreso:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tryck artículo impreso; impreso; impresos acento; acentuación; compresión; copia; estampa; huella; ilustración; imprenta; imprimir; peso; presión; print-out; punto de interés; tirar
trycksak artículo impreso; impreso; impresos impresos
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avtryckt copiado; impreso; imprimido
tryck estampado; imprimado
tryckt impreso
upptryckt copiado; impreso; imprimido

Verwante woorden van "impreso":


Wiktionary: impreso


Cross Translation:
FromToVia
impreso trycksak Drucksache — eine gedruckte, mit der Post versandte Mitteilung gegen eine ermäßigte Gebühr