Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. inconstancia:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor inconstancia (Spaans) in het Zweeds

inconstancia:

inconstancia [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la inconstancia (variabilidad)
    förändrighet
  2. la inconstancia (vivacidad)
    livlighet
  3. la inconstancia (capricho; antojo; irregularidad; veleidad; volubilidad)
    då och då

Vertaal Matrix voor inconstancia:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
då och då antojo; capricho; inconstancia; irregularidad; veleidad; volubilidad
förändrighet inconstancia; variabilidad
livlighet inconstancia; vivacidad agilidad; carácter juguetón; celeridad; ligereza; prisa; prontitud; rapidez; velocidad; vivacidad; viveza
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
då och då a veces

Synoniemen voor "inconstancia":


Computer vertaling door derden: