Spaans
Uitgebreide vertaling voor parco (Spaans) in het Zweeds
parco:
-
parco (ahorrador; eficaz; económico; parsimonioso; eficiente; económicamente)
sparsamt; ekonomiskt; ekonomisk-
sparsamt bijvoeglijk naamwoord
-
ekonomiskt bijvoeglijk naamwoord
-
ekonomisk bijvoeglijk naamwoord
-
-
parco (austero; modesto; moderado)
anspråkslös; flärdfritt; spartanskt; anspråkslöst; flärdfri-
anspråkslös bijvoeglijk naamwoord
-
flärdfritt bijvoeglijk naamwoord
-
spartanskt bijvoeglijk naamwoord
-
anspråkslöst bijvoeglijk naamwoord
-
flärdfri bijvoeglijk naamwoord
-
-
parco (delgaducho; flaco; pequeña; menudo; pobre; suelto; frágil; magro; escaso; tacaño; pequeño; mediocre; minúsculo; poco resistente; fino; flojo; reducido; nulo; enjuto; exiguo; ralo; insignificante; escuálido; mísero; frugal; enrarecido; poco espeso; sin fuerza)
-
parco (exiguo; poco; pobre; escasamente; escaso; enjuto; apenas; reducido; magro; raras veces)
Vertaal Matrix voor parco:
Verwante woorden van "parco":
Synoniemen voor "parco":
Computer vertaling door derden: