Frans

Uitgebreide vertaling voor horticulteur (Frans) in het Duits

horticulteur:

horticulteur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'horticulteur (cultivateur; éleveur; pépiniériste; producteur)
    der Züchter; der Gartenbauer; der Erzeuger; der Anbauer; der Produzent
  2. l'horticulteur (maraîcher; cultivateur)
    der Gartenbauer
  3. l'horticulteur
    der Landschaftspfleger; der Gartenbauberater; der Gartenbauingenieur

Vertaal Matrix voor horticulteur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anbauer cultivateur; horticulteur; producteur; pépiniériste; éleveur
Erzeuger cultivateur; horticulteur; producteur; pépiniériste; éleveur agent; architecte; auteur; constructeur; cultivateur; fabricant; faiseur; géniteur; générateur; industriel; procréateur; producteur; révélateur; éleveur
Gartenbauberater horticulteur
Gartenbauer cultivateur; horticulteur; maraîcher; producteur; pépiniériste; éleveur
Gartenbauingenieur horticulteur
Landschaftspfleger horticulteur
Produzent cultivateur; horticulteur; producteur; pépiniériste; éleveur constructeur; cultivateur; fabricant; fabricants; générateur; industriel; producteur; producteurs; éleveur
Züchter cultivateur; horticulteur; producteur; pépiniériste; éleveur éleveur

Synoniemen voor "horticulteur":