Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. orange:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor orange (Frans) in het Engels

orange:

orange bijvoeglijk naamwoord

  1. orange
    orange
    – of the color between red and yellow; similar to the color of a ripe orange 1
    • orange bijvoeglijk naamwoord

orange [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'orange
    the orange
    – round yellow to orange fruit of any of several citrus trees 1
    • orange [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor orange:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
orange orange
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
orange orange

Synoniemen voor "orange":


Wiktionary: orange

orange
noun
  1. Fruit de l’oranger
  2. couleur tertiaire dans les deux systèmes (soustractif et additif), composer à partir du rouge et du jaune.
adjective
  1. Qui est d’une couleur entre le jaune et le rouge
orange
noun
  1. fruit
  2. colour
adjective
  1. having the colour of the fruit of an orange tree

Cross Translation:
FromToVia
orange orange; sweet orange Orange — süßliche, orangefarbene Zitrusfrucht
orange orange orange — eine Farbe zwischen gelb und rot habend
orange sweet orange; orange Apfelsine — süßliche, orangefarbene Zitrusfrucht

Verwante vertalingen van orange