Overzicht
Frans naar Spaans: Meer gegevens...
- unique:
-
Wiktionary:
- unique → único, hijo único, solo, única, singular
Frans
Uitgebreide vertaling voor unique (Frans) in het Spaans
unique:
-
unique (unique en son genre; extraordinaire; à part; spécial; exquis; incomparable; uniquement; singulier; seul de son espèce; inimitable; original; exclusif; exclusivement)
único; extraordinario; especial; excepcional; único en su especie; sin parecido; peculiar-
único bijvoeglijk naamwoord
-
extraordinario bijvoeglijk naamwoord
-
especial bijvoeglijk naamwoord
-
excepcional bijvoeglijk naamwoord
-
único en su especie bijvoeglijk naamwoord
-
sin parecido bijvoeglijk naamwoord
-
peculiar bijvoeglijk naamwoord
-
-
unique (exclusivement; exclusif; uniquement)
-
unique (singulier; uniquement; seul; en exemplaire unique)
por una sola vez; algún; mono-
por una sola vez bijvoeglijk naamwoord
-
algún bijvoeglijk naamwoord
-
mono bijvoeglijk naamwoord
-
-
unique (seul; simple)
solamente; de ida; únicamente; sólo-
solamente bijvoeglijk naamwoord
-
de ida bijvoeglijk naamwoord
-
únicamente bijvoeglijk naamwoord
-
sólo bijvoeglijk naamwoord
-
-
unique (chouette; chic; formidable; spécial; unique en son genre; extraordinaire; extra)
Vertaal Matrix voor unique:
Synoniemen voor "unique":
Wiktionary: unique
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• unique | → único | ↔ only — alone in a category |
• unique | → hijo único; único | ↔ only — without sibling |
• unique | → solo | ↔ sole — only |
• unique | → único; única | ↔ unique — one of a kind |
• unique | → único | ↔ uniek — enige in zijn soort |
• unique | → singular; único | ↔ enig — uniek |
• unique | → único; solo | ↔ einzig — nur einmal vorhanden |
• unique | → único | ↔ einzigartig — in seiner Form nur einmal vorhanden; das einzige seiner Art |
Computer vertaling door derden:
Verwante vertalingen van unique
Spaans
Uitgebreide vertaling voor unique (Spaans) in het Frans
unique: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- unir: lier; rattacher à; relier; associer; enchaîner; raccordement; assembler; connecter; embrayage; adjoindre; accouplement; enclenchement; joindre; unir; réunir; grouper; joindre ensemble; mettre en communication; passer quelqu'un; garder ensemble; tenir ensemble; créer un panorama
- que: cela; ce; cette; pourquoi; à quoi; à laquelle; pour quelle raison
- qué: quoi; laquelle; lequel; lesquels; lesquelles; quel genre de
Computer vertaling door derden: