Overzicht
Frans naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. mûrier:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor mûrier (Frans) in het Spaans

mûrier:

mûrier [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le mûrier
    la mora; la morera
    • mora [la ~] zelfstandig naamwoord
    • morera [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. le mûrier
    la zarza
    • zarza [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mûrier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mora mûrier
morera mûrier
zarza mûrier mûre sauvage

Synoniemen voor "mûrier":


Wiktionary: mûrier

mûrier
noun
  1. botan|nocat=1 arbre de la famille des Moraceae à feuilles alternes dont le fruit, appeler mûre, est la réunion d’un assez grand nombre de petites baies charnues.

Cross Translation:
FromToVia
mûrier zarza; zarzamora blackberry — shrub
mûrier moral mulberry — the tree
mûrier mora; morera MaulbeereBotanik, im Singular: ein Vertreter der Maulbeeren