Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor rabâcheurs (Frans) in het Spaans

rabâcheurs:

rabâcheurs [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le rabâcheurs (importuns)
    el machacones
  2. le rabâcheurs (bavardes; bavards; radoteurs)
    el parlanchines; el chismosos
  3. le rabâcheurs (radoteurs; bavards)
    el parlanchines; el charlatanes; el necios; el chismosos; el charladores; la charladoras

Vertaal Matrix voor rabâcheurs:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
charladoras bavards; rabâcheurs; radoteurs bavardes; commères
charladores bavards; rabâcheurs; radoteurs
charlatanes bavards; rabâcheurs; radoteurs bluffeurs; charlatans; fanfarons; vantards
chismosos bavardes; bavards; rabâcheurs; radoteurs
machacones importuns; rabâcheurs
necios bavards; rabâcheurs; radoteurs
parlanchines bavardes; bavards; rabâcheurs; radoteurs bavard; bavardeur; causeur; commère; concierge; jacasseur; lambin; personne qui parle dans le vide; pipelette; rabâcheur; radoteur; retardataire; tire-au-flanc; traînard

Computer vertaling door derden: