Frans

Uitgebreide synoniemen voor hall in het Frans

hall:

hall [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'hall
    l'hall; l'entrée
    • hall [le ~] zelfstandig naamwoord
    • entrée [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'hall
    le porche; le carré; le portail; le portique; la véranda; le palier; l'entrée; l'hall
    • porche [le ~] zelfstandig naamwoord
    • carré [le ~] zelfstandig naamwoord
    • portail [le ~] zelfstandig naamwoord
    • portique [le ~] zelfstandig naamwoord
    • véranda [la ~] zelfstandig naamwoord
    • palier [le ~] zelfstandig naamwoord
    • entrée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • hall [le ~] zelfstandig naamwoord
  3. l'hall
    la Salle des Chevaliers; l'halle; le vestibule; l'entrée; la grande salle; l'hall; la salle d'honneur
  4. l'hall
    l'avant-cour; le vestibule; l'hall
  5. l'hall
    le vestibule; l'hall; la pièce donnant sur la rue
  6. l'hall
    le salon; l'entrée; le foyer; la pièce de réception; l'accueil; l'halle; la réception; l'hall; la grande salle

Alternatieve synoniemen voor "hall":


Verwante synoniemen voor hall