Overzicht
Frans Synoniemen: Meer gegevens...
-
net:
- net; nette; propre; clair; proprement; bien; soigné; nettoyé; rangé; ordonné; bien rangé; avec soin; reconnaissable; compréhensible; évident; identifiable; sans équivoque; clairement; perceptible; univoque; de façon univoque; manifestement; décent; hygiénique; pure; nettement; purement; hygiéniquement; vivant; concret; palpable; qui s'adresse à vue; sec; sèchement; perpendiculaire; direct; perpendiculairement; vertical; verticalement; vif; coupant; aigu; acerbe; pointu; passionné; tranchant; aigre; avec virulence; fervent; perçant; dur; fin; sévère; violent; rigoureux; rigide; rude; intense; perspicace; piquant; sévèrement; rigoureusement; strictement; cuisant; aigrement; pur; authentique; nature; chaste
Frans
Uitgebreide synoniemen voor net in het Frans
net:
-
net
-
net
-
net
propre; net; clair; proprement; bien-
propre bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
clair bijvoeglijk naamwoord
-
proprement bijvoeglijk naamwoord
-
bien bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
-
net
reconnaissable; compréhensible; évident; identifiable; net; sans équivoque; clair; clairement; perceptible; univoque; de façon univoque; manifestement-
reconnaissable bijvoeglijk naamwoord
-
compréhensible bijvoeglijk naamwoord
-
évident bijvoeglijk naamwoord
-
identifiable bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
sans équivoque bijvoeglijk naamwoord
-
clair bijvoeglijk naamwoord
-
clairement bijvoeglijk naamwoord
-
perceptible bijvoeglijk naamwoord
-
univoque bijvoeglijk naamwoord
-
de façon univoque bijvoeglijk naamwoord
-
manifestement bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
-
net
propre; hygiénique; pure; nettement; net; purement; proprement; hygiéniquement-
propre bijvoeglijk naamwoord
-
hygiénique bijvoeglijk naamwoord
-
pure bijvoeglijk naamwoord
-
nettement bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
purement bijvoeglijk naamwoord
-
proprement bijvoeglijk naamwoord
-
hygiéniquement bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
évident; manifestement; vivant; clairement; clair; net; concret; palpable; qui s'adresse à vue-
évident bijvoeglijk naamwoord
-
manifestement bijvoeglijk naamwoord
-
vivant bijvoeglijk naamwoord
-
clairement bijvoeglijk naamwoord
-
clair bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
concret bijvoeglijk naamwoord
-
palpable bijvoeglijk naamwoord
-
qui s'adresse à vue bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
univoque; évident; sans équivoque; clairement; de façon univoque; net; manifestement; clair-
univoque bijvoeglijk naamwoord
-
évident bijvoeglijk naamwoord
-
sans équivoque bijvoeglijk naamwoord
-
clairement bijvoeglijk naamwoord
-
de façon univoque bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
manifestement bijvoeglijk naamwoord
-
clair bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
-
net
compréhensible; clair; clairement; manifestement; évident; net-
compréhensible bijvoeglijk naamwoord
-
clair bijvoeglijk naamwoord
-
clairement bijvoeglijk naamwoord
-
manifestement bijvoeglijk naamwoord
-
évident bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
évident; perpendiculaire; direct; perpendiculairement; net; vertical; verticalement-
évident bijvoeglijk naamwoord
-
perpendiculaire bijvoeglijk naamwoord
-
direct bijvoeglijk naamwoord
-
perpendiculairement bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
vertical bijvoeglijk naamwoord
-
verticalement bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
vif; coupant; aigu; acerbe; pointu; passionné; tranchant; aigre; avec virulence; fervent; perçant; dur; fin; net; sévère; violent; rigoureux; rigide; rude; intense; perspicace; piquant; sévèrement; rigoureusement; strictement; cuisant; aigrement-
vif bijvoeglijk naamwoord
-
coupant bijvoeglijk naamwoord
-
aigu bijvoeglijk naamwoord
-
acerbe bijvoeglijk naamwoord
-
pointu bijvoeglijk naamwoord
-
passionné bijvoeglijk naamwoord
-
tranchant bijvoeglijk naamwoord
-
aigre bijvoeglijk naamwoord
-
avec virulence bijvoeglijk naamwoord
-
fervent bijvoeglijk naamwoord
-
perçant bijvoeglijk naamwoord
-
dur bijvoeglijk naamwoord
-
fin bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
sévère bijvoeglijk naamwoord
-
violent bijvoeglijk naamwoord
-
rigoureux bijvoeglijk naamwoord
-
rigide bijvoeglijk naamwoord
-
rude bijvoeglijk naamwoord
-
intense bijvoeglijk naamwoord
-
perspicace bijvoeglijk naamwoord
-
piquant bijvoeglijk naamwoord
-
sévèrement bijvoeglijk naamwoord
-
rigoureusement bijvoeglijk naamwoord
-
strictement bijvoeglijk naamwoord
-
cuisant bijvoeglijk naamwoord
-
aigrement bijvoeglijk naamwoord
-
-
net
pur; authentique; net; nature; chaste-
pur bijvoeglijk naamwoord
-
authentique bijvoeglijk naamwoord
-
net bijvoeglijk naamwoord
-
nature bijvoeglijk naamwoord
-
chaste bijvoeglijk naamwoord
-