Frans

Uitgebreide synoniemen voor péril in het Frans

péril:

péril [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le péril
    la menace; le péril; le danger; le risque
    • menace [la ~] zelfstandig naamwoord
    • péril [le ~] zelfstandig naamwoord
    • danger [le ~] zelfstandig naamwoord
    • risque [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. le péril
    l'insécurité; le péril; l'incertitude; l'état précaire
  3. le péril
    le danger; le risque; la catastrophe; la menace; le péril; le désastre
    • danger [le ~] zelfstandig naamwoord
    • risque [le ~] zelfstandig naamwoord
    • catastrophe [la ~] zelfstandig naamwoord
    • menace [la ~] zelfstandig naamwoord
    • péril [le ~] zelfstandig naamwoord
    • désastre [le ~] zelfstandig naamwoord
  4. le péril
    le péril; la situation précaire; la situation délicate
  5. le péril
    le danger; le péril
    • danger [le ~] zelfstandig naamwoord
    • péril [le ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "péril":