Franse synoniemen van treillage, ander woord voor treillage

Remove Ads

Overzicht

Frans Synoniemen: Meer gegevens...

treillage:
- grille; treillage; sécrétion; séparation; grillage; restriction; bornes; limitation; limites; treillis; lattis; barreaux; palissade; clôture; barrières; balisage; délimitation; démarcation
treillager:
- griller; grillager; treillager

Frans

Uitgebreide synoniemen voor treillage in het Frans

treillage:

treillage [le ~] zelfstandig naamwoord

le treillage
la grille; le treillage; la sécrétion; la séparation
- grille [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- sécrétion [la ~] zelfstandig naamwoord
- séparation [la ~] zelfstandig naamwoord
le treillage
le grillage; la restriction; le treillage; la bornes; la limitation; la limites
- grillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- restriction [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- bornes [la ~] zelfstandig naamwoord
- limitation [la ~] zelfstandig naamwoord
- limites [la ~] zelfstandig naamwoord
le treillage
le treillis; la grille; le grillage; le lattis; le barreaux; la palissade; le treillage; la clôture; la barrières
- treillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- grille [la ~] zelfstandig naamwoord
- grillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- lattis [le ~] zelfstandig naamwoord
- barreaux [le ~] zelfstandig naamwoord
- palissade [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- clôture [la ~] zelfstandig naamwoord
- barrières [la ~] zelfstandig naamwoord
le treillage
le grillage; la clôture; la palissade; le treillis; la grille; le balisage; la délimitation; le treillage; la démarcation
- grillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- clôture [la ~] zelfstandig naamwoord
- palissade [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- grille [la ~] zelfstandig naamwoord
- balisage [le ~] zelfstandig naamwoord
- délimitation [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- démarcation [la ~] zelfstandig naamwoord
le treillage
le grillage; la clôture; le treillis; la palissade; le treillage; la grille
- grillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- clôture [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- palissade [la ~] zelfstandig naamwoord
- treillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- grille [la ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "treillage":

claire-voie; claustra; claie; espalier; cordon; palissade; palmette; candélabre; grillage; treillis; clôture

treillager:

treillager werkwoord (treillage, treillages, treillageons, treillagez, treillagent, treillageais, treillageait, treillagions, treillagiez, treillageaient, treillageai, treillageas, treillagea, treillageâmes, treillageâtes, treillagèrent, treillagerai, treillageras, treillagera, treillagerons, treillagerez, treillageront)

treillager
griller; grillager; treillager
- griller werkwoord (grille, grilles, grillons, grillez, grillent, grillais, grillait, grillions, grilliez, grillaient, grillai, grillas, grilla, grillâmes, grillâtes, grillèrent, grillerai, grilleras, grillera, grillerons, grillerez, grilleront)
- grillager werkwoord (grillage, grillages, grillageons, grillagez, grillagent, grillageais, grillageait, grillagions, grillagiez, grillageaient, grillageai, grillageas, grillagea, grillageâmes, grillageâtes, grillagèrent, grillagerai, grillageras, grillagera, grillagerons, grillagerez, grillageront)
- treillager werkwoord (treillage, treillages, treillageons, treillagez, treillagent, treillageais, treillageait, treillagions, treillagiez, treillageaient, treillageai, treillageas, treillagea, treillageâmes, treillageâtes, treillagèrent, treillagerai, treillageras, treillagera, treillagerons, treillagerez, treillageront)

Conjugations for treillager:

Présent

treillage
treillages
treillage
treillageons
treillagez
treillagent

imparfait

treillageais
treillageais
treillageait
treillagions
treillagiez
treillageaient

passé simple

treillageai
treillageas
treillagea
treillageâmes
treillageâtes
treillagèrent

futur simple

treillagerai
treillageras
treillagera
treillagerons
treillagerez
treillageront

subjonctif présent

que je treillage
que tu treillages
qu'il treillage
que nous treillagions
que vous treillagiez
qu'ils treillagent

conditionnel présent

treillagerais
treillagerais
treillagerait
treillagerions
treillageriez
treillageraient

passé composé

ai treillagé
as treillagé
a treillagé
avons treillagé
avez treillagé
ont treillagé

divers

treillage!
treillagez!
treillageons!
treillagé
treillageant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Remove Ads

Synoniemen voor "treillage" in het Frans

Uitgebreide synoniemen voor treillage in het Frans

treillage:

treillage [le ~] zelfstandig naamwoord

le treillage

le treillage

le treillage

le treillage

le treillage

Alternatieve synoniemen voor "treillage":

treillager:

treillager

Conjugations for treillager:

Présent

imparfait

passé simple

futur simple

subjonctif présent

conditionnel présent

passé composé

divers