Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. écussonner:


Frans

Uitgebreide vertaling voor écussonner (Frans) in het Nederlands

écussonner:

écussonner werkwoord

  1. écussonner
    inenten; vaccineren; inoculeren
    • inenten werkwoord (ent in, entte in, entten in, ingeënt)
    • vaccineren werkwoord (vaccineer, vaccineert, vaccineerde, vaccineerden, gevaccineerd)
    • inoculeren werkwoord (inoculeer, inoculeert, inoculeerde, inoculeerden, geïnoculeerd)

Vertaal Matrix voor écussonner:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inenten écussonner
inoculeren écussonner
vaccineren écussonner

Synoniemen voor "écussonner":