Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor chicaneur (Frans) in het Nederlands

chicaneur:

chicaneur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le chicaneur (emmerdeur)
    de mierenneuker; de muggenzifter; de scherpslijper; de haarklover
  2. le chicaneur (ergoteur)
    de bediller; de bedilal; vitter
    • bediller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bedilal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vitter [znw.] zelfstandig naamwoord
  3. le chicaneur (ergoteur; chicanier)
    vitter; de bediller
    • vitter [znw.] zelfstandig naamwoord
    • bediller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. le chicaneur (chicaneuse; vétineur; vétineuse)
    vitter
    • vitter [znw.] zelfstandig naamwoord

chicaneur bijvoeglijk naamwoord

  1. chicaneur (ergoteur; chicanier)
    bedillerig; bedilzuchtig

Vertaal Matrix voor chicaneur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedilal chicaneur; ergoteur
bediller chicaneur; chicanier; ergoteur
haarklover chicaneur; emmerdeur
mierenneuker chicaneur; emmerdeur
muggenzifter chicaneur; emmerdeur
scherpslijper chicaneur; emmerdeur fana; fanatique; fervent; maniaque
vitter chicaneur; chicaneuse; chicanier; ergoteur; vétineur; vétineuse
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedillerig chicaneur; chicanier; ergoteur
bedilzuchtig chicaneur; chicanier; ergoteur

Synoniemen voor "chicaneur":


Wiktionary: chicaneur

chicaneur
noun
  1. Celui, celle qui chicaner, qui aimer à chicaner, principalement en affaires.

Computer vertaling door derden: