Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Vertaal dissipateur

Vertaal dissipateur van Frans naar Nederlands

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

dissipateur:
- uitgever; verkwister; verspiller; opmaker; opgebruiker
- kwistig; verkwistend; spilziek

Frans

Uitgebreide vertaling voor dissipateur (Frans) in het Nederlands

dissipateur:

dissipateur [le ~] zelfstandig naamwoord

le dissipateur (gaspilleur; dépensier)
de uitgever; de verkwister; de verspiller
- uitgever [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- verkwister [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- verspiller [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le dissipateur (quelqu'un qui consomme le tout; dépenseur; quelqu'un qui finit le tout)
de opmaker; opgebruiker
- opmaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- opgebruiker [znw.] zelfstandig naamwoord

dissipateur bijvoeglijk naamwoord

dissipateur (dépensier; gaspilleur; dilapidateur)
kwistig; verkwistend; spilziek
- kwistig bijvoeglijk naamwoord
- verkwistend bijvoeglijk naamwoord
- spilziek bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor dissipateur:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opgebruiker	dissipateur; dépenseur; quelqu'un qui consomme le tout; quelqu'un qui finit le tout
opmaker	dissipateur; dépenseur; quelqu'un qui consomme le tout; quelqu'un qui finit le tout
uitgever	dissipateur; dépensier; gaspilleur	maison d'édition; éditeur
verkwister	dissipateur; dépensier; gaspilleur
verspiller	dissipateur; dépensier; gaspilleur
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kwistig	dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur
spilziek	dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur
verkwistend	dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur

Synoniemen voor "dissipateur":

dépensier; dilapidateur