Encaisseur in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

encaisseur:
- inzamelaar van giften; collectant; kasloper; incasseerder; inner

Frans

Uitgebreide vertaling voor encaisseur (Frans) in het Nederlands

l'encaisseur (quêteur; collectionneur; percepteur; quêteuse; garçon de recettes)
inzamelaar van giften; de collectant
- inzamelaar van giften [znw.] zelfstandig naamwoord
- collectant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'encaisseur
de kasloper
- kasloper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
l'encaisseur (caissier; percepteur; quêteur; quêteuse; garçon de recettes)
de incasseerder; inner
- incasseerder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- inner [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
collectant	collectionneur; encaisseur; garçon de recettes; percepteur; quêteur; quêteuse
incasseerder	caissier; encaisseur; garçon de recettes; percepteur; quêteur; quêteuse
inner	caissier; encaisseur; garçon de recettes; percepteur; quêteur; quêteuse
inzamelaar van giften	collectionneur; encaisseur; garçon de recettes; percepteur; quêteur; quêteuse
kasloper	encaisseur