Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. huiler:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor huiler (Frans) in het Nederlands

huiler:

huiler werkwoord (huile, huiles, huilons, huilez, )

  1. huiler (lubrifier; graisser)
    oliën; smeren; invetten; inoliën
    • oliën werkwoord (olie, oliet, oliede, olieden, geolied)
    • smeren werkwoord (smeer, smeert, smeerde, smeerden, gesmeerd)
    • invetten werkwoord (vet in, vette in, vetten in, ingevet)
    • inoliën werkwoord (olie in, oliet in, oliede in, olieden in, ingeölied)
  2. huiler (lubrifier; graisser)
    doorsmeren
    • doorsmeren werkwoord (smeer door, smeert door, smeerde door, smeerden door, doorgesmeerd)

Conjugations for huiler:

Présent
  1. huile
  2. huiles
  3. huile
  4. huilons
  5. huilez
  6. huilent
imparfait
  1. huilais
  2. huilais
  3. huilait
  4. huilions
  5. huiliez
  6. huilaient
passé simple
  1. huilai
  2. huilas
  3. huila
  4. huilâmes
  5. huilâtes
  6. huilèrent
futur simple
  1. huilerai
  2. huileras
  3. huilera
  4. huilerons
  5. huilerez
  6. huileront
subjonctif présent
  1. que j'huile
  2. que tu huiles
  3. qu'il huile
  4. que nous huilions
  5. que vous huiliez
  6. qu'ils huilent
conditionnel présent
  1. huilerais
  2. huilerais
  3. huilerait
  4. huilerions
  5. huileriez
  6. huileraient
passé composé
  1. ai huilé
  2. as huilé
  3. a huilé
  4. avons huilé
  5. avez huilé
  6. ont huilé
divers
  1. huile!
  2. huilez!
  3. huilons!
  4. huilé
  5. huilant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor huiler:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doorsmeren graisser; huiler; lubrifier
inoliën graisser; huiler; lubrifier
invetten graisser; huiler; lubrifier
oliën graisser; huiler; lubrifier
smeren graisser; huiler; lubrifier partir; quitter; s'en aller; s'envoler

Synoniemen voor "huiler":


Wiktionary: huiler

huiler
verb
  1. met olie bewerken

Computer vertaling door derden: