Frans
Uitgebreide vertaling voor installé (Frans) in het Nederlands
installé:
-
installé
-
installé (bien établi; en place)
-
installé (domiciliant; résidant; siégeant; demeurant)
woonachtig; gevestigd; zetelend-
woonachtig bijvoeglijk naamwoord
-
gevestigd bijvoeglijk naamwoord
-
zetelend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor installé:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gesetteld | bien établi; en place; installé | |
gevestigd | bien établi; demeurant; domiciliant; en place; installé; résidant; siégeant | situé; établi |
woonachtig | demeurant; domiciliant; installé; résidant; siégeant | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aangebracht | installé | |
geïnstalleerd | installé | |
zetelend | demeurant; domiciliant; installé; résidant; siégeant |