Frans

Uitgebreide vertaling voor interrogateur (Frans) in het Nederlands

interrogateur:

interrogateur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'interrogateur (personne qui teste; examinateur)
    de tester; de onderzoeker; de examinator
  2. l'interrogateur (intervieweur; interpellateur)
    de vragensteller; de vrager; de vraagsteller; de interpellant

interrogateur bijvoeglijk naamwoord

  1. interrogateur (informatif; interrogatif; interrogativement)
    informerend; navragend
  2. interrogateur (studieux; studieuse; interrogatif)
    leergierig; studieus

Vertaal Matrix voor interrogateur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
examinator examinateur; interrogateur; personne qui teste
interpellant interpellateur; interrogateur; intervieweur interpellant
onderzoeker examinateur; interrogateur; personne qui teste chercheur; examinateur; explorateur; personnel de la recherche; scientifique
tester examinateur; interrogateur; personne qui teste
vraagsteller interpellateur; interrogateur; intervieweur
vragensteller interpellateur; interrogateur; intervieweur
vrager interpellateur; interrogateur; intervieweur demandeur; pétitionnaire; questionneur; requérant
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
leergierig interrogateur; interrogatif; studieuse; studieux
studieus interrogateur; interrogatif; studieuse; studieux
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
informerend informatif; interrogateur; interrogatif; interrogativement
navragend informatif; interrogateur; interrogatif; interrogativement

Synoniemen voor "interrogateur":