Frans

Uitgebreide vertaling voor tromperie (Frans) in het Nederlands

tromperie:

tromperie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la tromperie (mensonge; tricherie; escroquerie; duperie)
    de leugen; het bedrog; de onwaarheid
    • leugen [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bedrog [het ~] zelfstandig naamwoord
    • onwaarheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. la tromperie (escroquerie; imposture; filouterie; )
    de zwendel; de oplichterij; de oplichting; de zwendelarij; gezwendel
  3. la tromperie (duperie; escroquerie; fraude; tricherie)
    de bedriegerij; leugenarij
  4. la tromperie (tricherie)
    de fopperij
    • fopperij [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  5. la tromperie (escroquerie; tricherie; mystification; )
    de misleiding; de oplichterij; het bedrog; de zwendel
  6. la tromperie (fausseté; tricherie; escroquerie; )
    de valsheid; de onechtheid
  7. la tromperie
    de verlakkerij
  8. la tromperie (tromperie nationale)
    de volksverlakkerij

Vertaal Matrix voor tromperie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedriegerij duperie; escroquerie; fraude; tricherie; tromperie
bedrog duperie; escroquerie; filouterie; fraude; imposture; mensonge; mystification; tricherie; tromperie barbouillage; bousillage; duperie; escroquerie; fraude; hameçonnage; piège grossier; tricherie
fopperij tricherie; tromperie
gezwendel attrape-nigaud; bluff; escroquerie; filouterie; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tromperie
leugen duperie; escroquerie; mensonge; tricherie; tromperie affabulation; conte de fées; fable; fabulation; fiction; illusion; invention
leugenarij duperie; escroquerie; fraude; tricherie; tromperie
misleiding duperie; escroquerie; filouterie; fraude; imposture; mystification; tricherie; tromperie
onechtheid affection; duperie; dénaturation; escroquerie; fausseté; illégitimité; manque de sincérité; perfidie; sournoiserie; tricherie; tromperie
onwaarheid duperie; escroquerie; mensonge; tricherie; tromperie
oplichterij attrape-nigaud; bluff; duperie; escroquerie; filouterie; fraude; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tricherie; tromperie barbouillage; bousillage; duperie; escroquerie; fraude; piège grossier; tricherie
oplichting attrape-nigaud; bluff; escroquerie; filouterie; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tromperie
valsheid affection; duperie; dénaturation; escroquerie; fausseté; illégitimité; manque de sincérité; perfidie; sournoiserie; tricherie; tromperie déloyauté; fausseté; tour de fourberie
verlakkerij tromperie
volksverlakkerij tromperie; tromperie nationale
zwendel attrape-nigaud; bluff; duperie; escroquerie; filouterie; fraude; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tricherie; tromperie anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol
zwendelarij attrape-nigaud; bluff; escroquerie; filouterie; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tromperie barbouillage; bousillage; duperie; escroquerie; fraude; piège grossier; tricherie

Synoniemen voor "tromperie":


Wiktionary: tromperie

tromperie
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
tromperie bedrog; misleiding deception — instance of actions fabricated to mislead
tromperie drogreden fallacy — deceptive or false appearance
tromperie bedrog; oplichterij; kwakzalverij sham — trickery, hoaxing

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van tromperie