Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. une fois:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor une fois (Frans) in het Nederlands

une fois:

une fois bijvoeglijk naamwoord

  1. une fois (un jour)
    eens; op een keer; een keer
  2. une fois (jamais)
    eenmaal

Vertaal Matrix voor une fois:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eenmaal jamais; une fois
eens un jour; une fois
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een keer un jour; une fois
op een keer un jour; une fois

Wiktionary: une fois


Cross Translation:
FromToVia
une fois zodra once — as soon as

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van une fois