Frans
Uitgebreide vertaling voor vacillant (Frans) in het Nederlands
vacillant:
-
vacillant
-
vacillant (instable; labile; branlant; chancelant; inconstant; peu résistant; avec inconstance)
labiel; geestelijk onstabiel-
labiel bijvoeglijk naamwoord
-
geestelijk onstabiel bijvoeglijk naamwoord
-
-
vacillant (indécis; incertain; hésitant; instable; irrésolu; en hésitant; avec indécision)
twijfelmoedig; halfslachtig; wankelmoedig; onstandvastig-
twijfelmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
halfslachtig bijvoeglijk naamwoord
-
wankelmoedig bijvoeglijk naamwoord
-
onstandvastig bijvoeglijk naamwoord
-
-
vacillant (oscillant; fluctuant; chancelant)
schommelend-
schommelend bijvoeglijk naamwoord
-
-
vacillant (fluctuant; chancelant; oscillant)
fluctuerend; heen en weer bewegend-
fluctuerend bijvoeglijk naamwoord
-
heen en weer bewegend bijvoeglijk naamwoord
-
-
vacillant (branlant; instable; titubant; chancelant; inconstant)
-
vacillant (chancelant; oscillant)
-
vacillant (chancelant; précaire; bancal; incertain; indécis; d'une façon incertaine)
Vertaal Matrix voor vacillant:
Synoniemen voor "vacillant":
Computer vertaling door derden: