Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Zoek: lubrifiant

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: lubrifiant

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

lubrifiant:
- glijmiddel; vaginale crème; smeermiddel
lubrifier:
- oliën; smeren; invetten; inoliën; doorsmeren
Wiktionary:
- lubrifiant → glijmiddel, gel
- lubrifier → smeren

Frans

Uitgebreide vertaling voor lubrifiant (Frans) in het Nederlands

lubrifiant:

lubrifiant [le ~] zelfstandig naamwoord

le lubrifiant
het glijmiddel; vaginale crème
- glijmiddel [het ~] zelfstandig naamwoord
- vaginale crème [znw.] zelfstandig naamwoord
le lubrifiant
het smeermiddel
- smeermiddel [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lubrifiant:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
glijmiddel	lubrifiant
smeermiddel	lubrifiant
vaginale crème	lubrifiant

Synoniemen voor "lubrifiant":

huile; vaseline; graisse; talc; cire; graphite; graissant; huilant

Wiktionary: lubrifiant

Cross Translation:

From	To	Via
• lubrifiant	→ glijmiddel; gel	↔ lubricant — substance used to reduce friction

lubrifiant vorm van lubrifier:

lubrifier werkwoord (lubrifie, lubrifies, lubrifions, lubrifiez, lubrifient, lubrifiais, lubrifiait, lubrifiions, lubrifiiez, lubrifiaient, lubrifiai, lubrifias, lubrifia, lubrifiâmes, lubrifiâtes, lubrifièrent, lubrifierai, lubrifieras, lubrifiera, lubrifierons, lubrifierez, lubrifieront)

lubrifier (huiler; graisser)
oliën; smeren; invetten; inoliën
- oliën werkwoord (olie, oliet, oliede, olieden, geolied)
- smeren werkwoord (smeer, smeert, smeerde, smeerden, gesmeerd)
- invetten werkwoord (vet in, vette in, vetten in, ingevet)
- inoliën werkwoord (olie in, oliet in, oliede in, olieden in, ingeölied)
lubrifier (graisser; huiler)
doorsmeren
- doorsmeren werkwoord (smeer door, smeert door, smeerde door, smeerden door, doorgesmeerd)

Conjugations for lubrifier:

Présent

lubrifie
lubrifies
lubrifie
lubrifions
lubrifiez
lubrifient

imparfait

lubrifiais
lubrifiais
lubrifiait
lubrifiions
lubrifiiez
lubrifiaient

passé simple

lubrifiai
lubrifias
lubrifia
lubrifiâmes
lubrifiâtes
lubrifièrent

futur simple

lubrifierai
lubrifieras
lubrifiera
lubrifierons
lubrifierez
lubrifieront

subjonctif présent

que je lubrifie
que tu lubrifies
qu'il lubrifie
que nous lubrifiions
que vous lubrifiiez
qu'ils lubrifient

conditionnel présent

lubrifierais
lubrifierais
lubrifierait
lubrifierions
lubrifieriez
lubrifieraient

passé composé

ai lubrifié
as lubrifié
a lubrifié
avons lubrifié
avez lubrifié
ont lubrifié

divers

lubrifie!
lubrifiez!
lubrifions!
lubrifié
lubrifiant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor lubrifier:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
doorsmeren	graisser; huiler; lubrifier
inoliën	graisser; huiler; lubrifier
invetten	graisser; huiler; lubrifier
oliën	graisser; huiler; lubrifier
smeren	graisser; huiler; lubrifier	partir; quitter; s'en aller; s'envoler

Synoniemen voor "lubrifier":

graisser; oindre; huiler; enduire; salir; encrasser; assaisonner; brillantiner; cosmétiquer; frictionner

Wiktionary: lubrifier

Cross Translation:

From	To	Via
• lubrifier	→ smeren	↔ lubricate — to make slippery or smooth

Computer vertaling door derden: