Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor cocasserie (Frans) in het Zweeds

cocasserie:

cocasserie [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cocasserie (plaisanterie; canard; blague; )
    skämt; skoj; vits
    • skämt [-ett] zelfstandig naamwoord
    • skoj [-ett] zelfstandig naamwoord
    • vits [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la cocasserie (allégresse; plaisir; joie; )
    nöje; skoj
    • nöje [-ett] zelfstandig naamwoord
    • skoj [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. la cocasserie (sottise; folie; raillerie; )
    dåraktighet; dumhet; galenskap
  4. la cocasserie (blague; boutade; raillerie; )
    smått; liten present

Vertaal Matrix voor cocasserie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dumhet badinage; bouffonnerie; bêtise; cocasserie; folie; plaisanterie; raillerie; sottise bévue; bêtise; candeur; concentration; densité; erreur; fait d'être bonasse; faute; gaffe; ignorance; ingénuité; innocence; insipidité; maladresse; naïveté; niaiserie; nullité; simplicité; stupidité; énormité
dåraktighet badinage; bouffonnerie; bêtise; cocasserie; folie; plaisanterie; raillerie; sottise abrutissement; blague; bouffonnerie; bêtise; déraison; folie; idiotie; plaisanterie; sottise; stupidité; égarement
galenskap badinage; bouffonnerie; bêtise; cocasserie; folie; plaisanterie; raillerie; sottise abrutissement; blague; bouffonnerie; bêtise; bêtises; déraison; espièglerie; folie; idiotie; non-sens; plaisanterie; sottise; stupidité; égarement
liten present badinage; blague; boutade; cocasserie; plaisanterie; raillerie; rigolade; trait d'esprit petit cadeau
nöje allégresse; badinage; belle humeur; blague; bordel; bouffonnerie; bêtise; cocasserie; cris d'allégresse; farce; folie; gaieté; joie; plaisanterie; plaisir; raillerie; rigolade; réjouissance; satisfaction; sottise; stupidité allégresse; badinage; blague; blagues; bonne humeur; boutade; comique; contentement; coup; divertissement; drôlerie; délectation; enjouement; esprit; farce; farces; folie; gaieté; grande joie; hobbies; hobby; humeur joyeuse; humour; joie; jouissance; jovialité; passe-temps; passion; plaisanterie; plaisanteries; plaisir; pulsion sexuelle; rigolade; rigolades; réjouissance; satisfaction; sottise; trait d'esprit
skoj allégresse; badinage; belle humeur; blague; bordel; bouffonnerie; boutade; bêtise; canard; cocasserie; cris d'allégresse; farce; folie; gaieté; histoire drôle; joie; plaisanterie; plaisir; raillerie; rigolade; réjouissance; satisfaction; sottise; stupidité; trait d'esprit blague; blagues; cabriole; caprice; culbute; fait de fouiller; farces; fouille; galpette; gambade; pirouette; plaisanterie; plaisanteries; rigolades
skämt badinage; blague; boutade; canard; cocasserie; histoire drôle; plaisanterie; raillerie; rigolade; trait d'esprit blague; blagues; bouffonneries; boutade; canard; clownerie; farces; histoires drôles; jeu; partie; plaisanterie; plaisanteries; plaisir; rigolades; spectacle railleur; tour; trait d'esprit
smått badinage; blague; boutade; cocasserie; plaisanterie; raillerie; rigolade; trait d'esprit
vits badinage; blague; boutade; canard; cocasserie; histoire drôle; plaisanterie; raillerie; rigolade; trait d'esprit blague; drôlerie; plaisanterie; spectacle railleur; trait d'esprit

Synoniemen voor "cocasserie":