Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor gaspilleur (Frans) in het Zweeds

gaspilleur:

gaspilleur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le gaspilleur (gâcheur)
    spoiler; avledare
  2. le gaspilleur (dépensier; dissipateur)
    slösare

gaspilleur bijvoeglijk naamwoord

  1. gaspilleur (dépensier; dilapidateur; dissipateur)
    slösaktigt; oekonomiskt; oekonomisk

Vertaal Matrix voor gaspilleur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avledare gaspilleur; gâcheur
slösare dissipateur; dépensier; gaspilleur dissipateur; dépenseur; quelqu'un qui consomme le tout; quelqu'un qui finit le tout
spoiler gaspilleur; gâcheur
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oekonomisk dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur
oekonomiskt dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur déficitaire; non rentable
slösaktigt dilapidateur; dissipateur; dépensier; gaspilleur

Synoniemen voor "gaspilleur":