Frans

Uitgebreide vertaling voor titulaire (Frans) in het Zweeds

titulaire:

titulaire [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le titulaire (propriétaire; possesseur; porteur; )
    ägare
    • ägare [-en] zelfstandig naamwoord
  2. le titulaire
    titelbärare; tjänsteinnehavare
  3. le titulaire (ayant droit)
    auktoriserad person; behörig person
  4. le titulaire (titulaire d'une licence)
    licensinnehavare

titulaire bijvoeglijk naamwoord

  1. titulaire (honoraire)
    formell; formellt; titulärt-

Vertaal Matrix voor titulaire:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auktoriserad person ayant droit; titulaire
behörig person ayant droit; titulaire
licensinnehavare titulaire; titulaire d'une licence
titelbärare titulaire
tjänsteinnehavare titulaire
ägare container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence aubergiste; exploitant; possesseuse; propriétaire
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
formell honoraire; titulaire formel; officiel
formellt honoraire; titulaire administratif; formel; officiel
titulärt- honoraire; titulaire

Synoniemen voor "titulaire":


Wiktionary: titulaire


Cross Translation:
FromToVia
titulaire innehavare Inhaberdeutsches Privatrecht: derjenige, dem ein Recht oder eine Forderung zusteht
titulaire innehavare Inhaber — Träger eines bestimmten Titels

Verwante vertalingen van titulaire