Overzicht
Frans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. traversée:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor traversée (Frans) in het Zweeds

traversée:

traversée [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la traversée (passage; marche)
    genomresande
  2. la traversée (passage; croisée; voyage par mer)
    passage; överfart

Vertaal Matrix voor traversée:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
genomresande marche; passage; traversée
passage croisée; passage; traversée; voyage par mer corridor; couloir; coursive; galerie; palier; passage; petit passage; voyage par mer
överfart croisée; passage; traversée; voyage par mer

Synoniemen voor "traversée":


Wiktionary: traversée

traversée
noun
  1. action de traverser.

Cross Translation:
FromToVia
traversée färd; tur FahrtReise