Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. biecht:
  2. biechten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor biecht (Nederlands) in het Duits

biecht:

biecht [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de biecht (confessie)
    die Beichte; Bekenntnis

Vertaal Matrix voor biecht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Beichte biecht; confessie
Bekenntnis biecht; confessie bekentenis; belijdenis; confessie; geloof; geloofsbekentenis; geloofsbelijdenis; geloofsovertuiging; gemoedsuiting; gezindheid; gezindte; ontboezeming; vormsel

Verwante woorden van "biecht":


Wiktionary: biecht

biecht
noun
  1. de erkenning van zonden aan een geestelijke
biecht
noun
  1. Religion: Sündenbekenntnis (und anschließende Sündenvergebung)

Cross Translation:
FromToVia
biecht Beichte confession — disclosure of one's sins to a priest

biechten:

biechten werkwoord (biecht, biechtte, biechtten, gebiecht)

  1. biechten (opbiechten)
    eingestehen; beichten
    • eingestehen werkwoord (gestehe ein, gestehst ein, egesteht ein, gestand ein, gestandet ein, eingestanden)
    • beichten werkwoord (beichte, beichtest, beichtet, beichtete, beichtetet, gebeichtet)

Conjugations for biechten:

o.t.t.
  1. biecht
  2. biecht
  3. biecht
  4. biechten
  5. biechten
  6. biechten
o.v.t.
  1. biechtte
  2. biechtte
  3. biechtte
  4. biechtten
  5. biechtten
  6. biechtten
v.t.t.
  1. heb gebiecht
  2. hebt gebiecht
  3. heeft gebiecht
  4. hebben gebiecht
  5. hebben gebiecht
  6. hebben gebiecht
v.v.t.
  1. had gebiecht
  2. had gebiecht
  3. had gebiecht
  4. hadden gebiecht
  5. hadden gebiecht
  6. hadden gebiecht
o.t.t.t.
  1. zal biechten
  2. zult biechten
  3. zal biechten
  4. zullen biechten
  5. zullen biechten
  6. zullen biechten
o.v.t.t.
  1. zou biechten
  2. zou biechten
  3. zou biechten
  4. zouden biechten
  5. zouden biechten
  6. zouden biechten
diversen
  1. biecht!
  2. biecht!
  3. gebiecht
  4. biechtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor biechten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beichten biechten; opbiechten
eingestehen biechten; opbiechten bekennen; dulden; duren; goed vinden; goedkeuren; goedvinden; gunnen; inwilligen; laten; naar buiten hangen; permitteren; toelaten; toestaan; toestemmen; uithangen; vergunnen

Verwante woorden van "biechten":


Wiktionary: biechten

biechten
verb
  1. Religion: seine Sünden und Vergehen einem Geistlichen erzählen; seine Sünden bekennen