Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. steak:
  2. Wiktionary:
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. steak:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor steak (Nederlands) in het Duits

steak:

steak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de steak (biefstuk)
    Beefsteak

Vertaal Matrix voor steak:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Beefsteak biefstuk; steak

Verwante woorden van "steak":

  • steaks

Wiktionary: steak


Cross Translation:
FromToVia
steak Steak; Beefsteak; Lendenschnitte; Schnitte steak — slice of beef
steak Steak steak — slice of meat of other animals



Duits

Uitgebreide vertaling voor steak (Duits) in het Nederlands

Steak:


Synoniemen voor "Steak":


Wiktionary: Steak

Steak
noun
  1. kurz gebratenes Fleischstück
Steak
noun
  1. voeding|nld een lap rundvlees, kalfsvlees of paardenvlees van de bovenbil

Cross Translation:
FromToVia
Steak biefstuk; steak steak — slice of beef
Steak steak steak — slice of meat of other animals