Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. verjongen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verjongen (Nederlands) in het Duits

verjongen:

verjongen werkwoord (verjong, verjongt, verjongde, verjongden, verjongd)

  1. verjongen
    verjüngen; sichverjüngen

Conjugations for verjongen:

o.t.t.
  1. verjong
  2. verjongt
  3. verjongt
  4. verjongen
  5. verjongen
  6. verjongen
o.v.t.
  1. verjongde
  2. verjongde
  3. verjongde
  4. verjongden
  5. verjongden
  6. verjongden
v.t.t.
  1. ben verjongd
  2. bent verjongd
  3. is verjongd
  4. zijn verjongd
  5. zijn verjongd
  6. zijn verjongd
v.v.t.
  1. was verjongd
  2. was verjongd
  3. was verjongd
  4. waren verjongd
  5. waren verjongd
  6. waren verjongd
o.t.t.t.
  1. zal verjongen
  2. zult verjongen
  3. zal verjongen
  4. zullen verjongen
  5. zullen verjongen
  6. zullen verjongen
o.v.t.t.
  1. zou verjongen
  2. zou verjongen
  3. zou verjongen
  4. zouden verjongen
  5. zouden verjongen
  6. zouden verjongen
diversen
  1. verjong!
  2. verjongt!
  3. verjongd
  4. verjongend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verjongen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sichverjüngen verjongen
verjüngen verjongen

Wiktionary: verjongen

verjongen
verb
  1. jonger maken

Cross Translation:
FromToVia
verjongen verjüngen rejuvenate — render young again
verjongen verjüngen rajeunir — redevenir jeune