Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Zoek: verslaafdheid

Nederlandse en Duitse zoekresultaten voor: verslaafdheid

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

verslaafdheid:
- Abhängigkeit; Sucht
verslaafd:
- süchtig
Wiktionary:
- verslaafdheid → Sucht, Abhängigkeit, Manie
- verslaafd → abhängig

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verslaafdheid (Nederlands) in het Duits

verslaafdheid:

verslaafdheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de verslaafdheid (verslaving; afhankelijkheid; gewenning)
die Abhängigkeit; die Sucht
- Abhängigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Sucht [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor verslaafdheid:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Abhängigkeit	afhankelijkheid; gewenning; verslaafdheid; verslaving	afhankelijkheid; knechtschap; onderhorigheid; subordinatie
Sucht	afhankelijkheid; gewenning; verslaafdheid; verslaving	verzuchting; zucht

Verwante woorden van "verslaafdheid":

verslaafd

Wiktionary: verslaafdheid

Cross Translation:

From	To	Via
• verslaafdheid	→ Sucht; Abhängigkeit	↔ addiction — the state of being addicted
• verslaafdheid	→ Manie; Sucht	↔ lubie — caprice extravagant.
• verslaafdheid	→ Manie; Sucht	↔ tocade — variante de\|toquade\|fr.
• verslaafdheid	→ Manie; Sucht	↔ toquade — engouement, manie, singularité.

verslaafd:

verslaafd bijvoeglijk naamwoord

verslaafd
süchtig
- süchtig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor verslaafd:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
süchtig	verslaafd

Verwante woorden van "verslaafd":

verslaafdheid

Wiktionary: verslaafd

Cross Translation:

From	To	Via
• verslaafd	→ abhängig	↔ addicted — being dependent on something