Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bushalte:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bushalte (Nederlands) in het Duits

bushalte:

bushalte [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de bushalte (stopplaats)
    die Bushaltestelle
  2. de bushalte (bushokje; abri)
    die Bushaltestelle; die Wartehalle; Vordach

Vertaal Matrix voor bushalte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bushaltestelle abri; bushalte; bushokje; stopplaats
Vordach abri; bushalte; bushokje abri; afdak; beschutting; luifel; luwte; wachthuisje
Wartehalle abri; bushalte; bushokje vertrekhal

Verwante woorden van "bushalte":

  • bushalten, bushaltes

Wiktionary: bushalte


Cross Translation:
FromToVia
bushalte Bushaltestelle bus stop — a stop for public transport buses
bushalte Bushaltestelle arrêt de busaménagement d’une voie de circulation les autobus du transport public s’arrêter pour permettre aux usagers de monter ou de descendre du véhicule.