Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. trauma:
  2. Wiktionary:
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Trauma:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trauma (Nederlands) in het Duits

trauma:

trauma [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het trauma
    Trauma
    • Trauma [das ~] zelfstandig naamwoord
  2. het trauma

Vertaal Matrix voor trauma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Trauma trauma
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Unfallverletzung trauma

Wiktionary: trauma

trauma
noun
  1. psychische stoornis, ontstaan door een schokkende ervaring



Duits

Uitgebreide vertaling voor trauma (Duits) in het Nederlands

Trauma:

Trauma [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Trauma
    het trauma
    • trauma [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Trauma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trauma Trauma Unfallverletzung

Synoniemen voor "Trauma":


Wiktionary: Trauma

Trauma
noun
  1. een gebeurtenis die iemand hevig van de wijs brengt
  2. psychische stoornis, ontstaan door een schokkende ervaring