Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. verweer:
  2. verweren:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verweer (Nederlands) in het Engels

verweer:

verweer [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het verweer (verweerschrift; bezwaar; verdedigingsakte; repliek)
    the counter-plea; the objection

Vertaal Matrix voor verweer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
counter-plea bezwaar; repliek; verdedigingsakte; verweer; verweerschrift
objection bezwaar; repliek; verdedigingsakte; verweer; verweerschrift bedenking; bezwaar; opwerping; protest; tegenspraak; tegenwerping; verzet

Wiktionary: verweer

verweer
noun
  1. argument in support or justification of something
  2. anything employed to oppose attack
  3. formal justification, defence

Cross Translation:
FromToVia
verweer defense; defence défense — Action de défendre

verweren:

verweren werkwoord (verweer, verweert, verweerde, verweerden, verweerd)

  1. verweren (verdedigen; afweren; weren)
    to defend; to resist; to keep away; to keep off; to hold off; to keep out
    • defend werkwoord (defends, defended, defending)
    • resist werkwoord (resists, resisted, resisting)
    • keep away werkwoord (keeps away, kept away, keeping away)
    • keep off werkwoord (keeps off, kept off, keeping off)
    • hold off werkwoord (holds off, held off, holding off)
    • keep out werkwoord (keeps out, kept out, keeping out)
  2. verweren (wegstemmen; verwerpen; afwijzen; )
    to reject; to vote down; to outvote
    • reject werkwoord (rejects, rejected, rejecting)
    • vote down werkwoord (votes down, voted down, voting down)
    • outvote werkwoord (outvotes, outvoted, outvoting)

Conjugations for verweren:

o.t.t.
  1. verweer
  2. verweert
  3. verweert
  4. verweren
  5. verweren
  6. verweren
o.v.t.
  1. verweerde
  2. verweerde
  3. verweerde
  4. verweerden
  5. verweerden
  6. verweerden
v.t.t.
  1. heb verweerd
  2. hebt verweerd
  3. heeft verweerd
  4. hebben verweerd
  5. hebben verweerd
  6. hebben verweerd
v.v.t.
  1. had verweerd
  2. had verweerd
  3. had verweerd
  4. hadden verweerd
  5. hadden verweerd
  6. hadden verweerd
o.t.t.t.
  1. zal verweren
  2. zult verweren
  3. zal verweren
  4. zullen verweren
  5. zullen verweren
  6. zullen verweren
o.v.t.t.
  1. zou verweren
  2. zou verweren
  3. zou verweren
  4. zouden verweren
  5. zouden verweren
  6. zouden verweren
diversen
  1. verweer!
  2. verweert!
  3. verweerd
  4. verwerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

verweren [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het verweren (verwering; erosie)
    the weathering
  2. het verweren (verdedigen; weren; afweren)
    the defending

Vertaal Matrix voor verweren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
defending afweren; verdedigen; verweren; weren
reject ruïne; vervallen gebouw
weathering erosie; verweren; verwering excuus; pardon; reden; verontschuldiging; verschoning
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
defend afweren; verdedigen; verweren; weren
hold off afweren; verdedigen; verweren; weren weghouden
keep away afweren; verdedigen; verweren; weren weghouden
keep off afweren; verdedigen; verweren; weren afhouden; afkeren; afwenden; terughouden; weghouden
keep out afweren; verdedigen; verweren; weren afhouden; weghouden; weren
outvote afketsen; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen
reject afketsen; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen afkeuren; afstemmen; afwijzen; veroordelen; verwerpen; weigeren
resist afweren; verdedigen; verweren; weren iets weerstaan; protesteren; tegengaan; tegenspartelen; tegenstreven; tegenstribbelen; tegenwerken; verzet tonen; verzetten; weerstaan; weerstreven; zich verzetten
vote down afketsen; afstemmen; afwijzen; terugwijzen; verweren; verwerpen; wegstemmen

Wiktionary: verweren

verweren
verb
  1. To wear away by abrasion, corrosion or chemical reaction

Cross Translation:
FromToVia
verweren defend défendreprotéger une personne contre une attaque.