Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. rits:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ritsen (Nederlands) in het Engels

rits:

rits [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de rits (ritssluiting; sluiting)
    the zipper; the zip-fastener; the zip
    • zipper [the ~] zelfstandig naamwoord
    • zip-fastener [the ~] zelfstandig naamwoord
    • zip [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rits:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zip rits; ritssluiting; sluiting gulp
zip-fastener rits; ritssluiting; sluiting gulp
zipper rits; ritssluiting; sluiting broeksgulp; gulp

Verwante woorden van "rits":


Wiktionary: rits

rits
noun
  1. a fastener used in clothing, bags

Cross Translation:
FromToVia
rits glitch; snag accroc — Déchirure faite dans un tissu par quelque chose de pointu ou qui accrocher.


Wiktionary: ritsen


Cross Translation:
FromToVia
ritsen deduct; take away; subtract préleverlever préalablement une certaine portion sur le total.
ritsen subtract; abstract; take away; remove; seize; take; cut off; cut; curtail; retrench; slash; truncate; deduct; count down; write off retrancher — Traductions à vérifier et à trier