Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bikini:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bikini:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bikini (Nederlands) in het Engels

bikini:

bikini [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bikini
    the bikini
    • bikini [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bikini:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bikini bikini

Verwante woorden van "bikini":

  • bikinietje, bikinietjes

Wiktionary: bikini

bikini
noun
  1. bathing suit

Cross Translation:
FromToVia
bikini bikini Bikini — zweiteilige Badebekleidung für Damen



Engels

Uitgebreide vertaling voor bikini (Engels) in het Nederlands

bikini:

bikini [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bikini
    de bikini
    • bikini [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bikini:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bikini bikini
- two-piece

Verwante woorden van "bikini":

  • bikinis

Synoniemen voor "bikini":


Verwante definities voor "bikini":

  1. a woman's very brief bathing suit1

Wiktionary: bikini

bikini
noun
  1. bathing suit

Cross Translation:
FromToVia
bikini bikini Bikini — zweiteilige Badebekleidung für Damen

Bikini:


Verwante definities voor "Bikini":

  1. an atoll in the Marshall Islands; formerly used by the United States as a site for testing nuclear weapons1