Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. curriculum:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. curriculum:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor curriculum (Nederlands) in het Engels

curriculum:

curriculum [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het curriculum
    the curriculum; the curriculum vitae

Vertaal Matrix voor curriculum:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curriculum curriculum cursus; cursusprogramma; leerprogramma; les; lesprogramma; onderricht; onderrichting; onderwijs; onderwijsprogramma
curriculum vitae curriculum curriculum vitae; cv; levensgeschiedenis; levensloop; levenswandel; levensweg; resumé

Wiktionary: curriculum

curriculum
noun
  1. set of courses and coursework

Verwante vertalingen van curriculum



Engels

Uitgebreide vertaling voor curriculum (Engels) in het Nederlands

curriculum:

curriculum [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the curriculum (instruction; course; education; )
    de cursus; het onderwijs; de les; onderrichting; het onderricht
  2. the curriculum (educational programme; course)
    het cursusprogramma; het onderwijsprogramma; het leerprogramma; het lesprogramma
  3. the curriculum (curriculum vitae)
    het curriculum

Vertaal Matrix voor curriculum:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
curriculum curriculum; curriculum vitae
cursus course; curriculum; education; instruction; lesson; teaching; tuition course; study
cursusprogramma course; curriculum; educational programme
leerprogramma course; curriculum; educational programme
les course; curriculum; education; instruction; lesson; teaching; tuition class; course; instruction; lesson; lesson hour; tuition
lesprogramma course; curriculum; educational programme
onderricht course; curriculum; education; instruction; lesson; teaching; tuition instruction; lesson; tuition
onderrichting course; curriculum; education; instruction; lesson; teaching; tuition instruction; lesson; tuition
onderwijs course; curriculum; education; instruction; lesson; teaching; tuition education; instruction; lesson; teaching; tuition; upbringing
onderwijsprogramma course; curriculum; educational programme teaching curriculum
- course of study; program; programme; syllabus
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- timetable

Verwante woorden van "curriculum":

  • curricula

Synoniemen voor "curriculum":


Verwante definities voor "curriculum":

  1. an integrated course of academic studies1

Wiktionary: curriculum

curriculum
noun
  1. set of courses and coursework

Verwante vertalingen van curriculum