Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. verkalken:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verkalken (Nederlands) in het Engels

verkalken:

verkalken werkwoord (verkalk, verkalkt, verkalkte, verkalkten, verkalkt)

  1. verkalken
    to calcify
    • calcify werkwoord (calcifies, calcified, calcifying)

Conjugations for verkalken:

o.t.t.
  1. verkalk
  2. verkalkt
  3. verkalkt
  4. verkalken
  5. verkalken
  6. verkalken
o.v.t.
  1. verkalkte
  2. verkalkte
  3. verkalkte
  4. verkalkten
  5. verkalkten
  6. verkalkten
v.t.t.
  1. ben verkalkt
  2. bent verkalkt
  3. is verkalkt
  4. zijn verkalkt
  5. zijn verkalkt
  6. zijn verkalkt
v.v.t.
  1. was verkalkt
  2. was verkalkt
  3. was verkalkt
  4. waren verkalkt
  5. waren verkalkt
  6. waren verkalkt
o.t.t.t.
  1. zal verkalken
  2. zult verkalken
  3. zal verkalken
  4. zullen verkalken
  5. zullen verkalken
  6. zullen verkalken
o.v.t.t.
  1. zou verkalken
  2. zou verkalken
  3. zou verkalken
  4. zouden verkalken
  5. zouden verkalken
  6. zouden verkalken
diversen
  1. verkalk!
  2. verkalkt!
  3. verkalkt
  4. verkalkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verkalken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
calcify verkalken

Wiktionary: verkalken

verkalken
verb
  1. kalkachtig worden