Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. zat:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zatheid (Nederlands) in het Engels

zat:

zat bijvoeglijk naamwoord

  1. zat (meer dan genoeg)
    plenty; more than enough
  2. zat (dronken; beschonken; ladderzat; bezopen)
    drunk; drunken; intoxicated; tipsy; pissed; tight

Vertaal Matrix voor zat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drunk dronkaard; dronkelap; dronkeman; zatlap; zuiplap
- voldoende
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drunk beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat aangeschoten; beneveld; beschonken; dronken
drunken beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat ladderzat; laveloos; smoordronken; stomdronken; straalbezopen
intoxicated beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat aangeschoten; bedwelmd; beneveld; beschonken; dronken; onder invloed; teut; tipsy
pissed beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat ladderzat; laveloos; smoordronken; stomdronken; straalbezopen
tight eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte
tipsy beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat aangeschoten; beneveld; beschonken; dronken; halfdronken; teut; tipsy
- dronken
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plenty meer dan genoeg; zat
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
- genoeg
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
more than enough meer dan genoeg; zat
tight beschonken; bezopen; dronken; ladderzat; zat dicht op elkaar; nauw; nauwsluitend; strak

Verwante woorden van "zat":

  • zatheid, zate

Synoniemen voor "zat":


Antoniemen van "zat":


Verwante definities voor "zat":

  1. onder invloed van alcohol zodat je niet meer helder kunt denken1
    • hij is elke zaterdagavond zat1
  2. zoveel als nodig is en zelfs meer1
    • we hebben potloden zat1

Wiktionary: zat

zat
adjective
  1. verzadigd, vol, met name van alcoholische drank
  2. ergens genoeg van hebbend
pronoun
  1. in voldoende mate
zat
adjective
  1. stupefied by alcohol
  2. satisfied, in relation to eating
  3. drunken
  4. In the state of alcoholic intoxication
  5. intoxicated after drinking too much alcohol
  6. drunk

Cross Translation:
FromToVia
zat drunk; intoxicated; drunken ivre — Qui a le cerveau troubler par l’effet des boissons fermenter, par l’alcool, etc.


Wiktionary: zatheid

zatheid
noun
  1. algehele dronkenschap

Cross Translation:
FromToVia
zatheid drunkenness; inebriety ivresseétat d’une personne ivre.