Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. looien:
  2. Wiktionary:
    • looien → tan


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor looit (Nederlands) in het Engels

looien:

looien werkwoord (looi, looit, looide, looiden, gelooid)

  1. looien (leerlooien; tanen)
    to tan
    • tan werkwoord (tans, tanned, tanning)

Conjugations for looien:

o.t.t.
  1. looi
  2. looit
  3. looit
  4. looien
  5. looien
  6. looien
o.v.t.
  1. looide
  2. looide
  3. looide
  4. looiden
  5. looiden
  6. looiden
v.t.t.
  1. heb gelooid
  2. hebt gelooid
  3. heeft gelooid
  4. hebben gelooid
  5. hebben gelooid
  6. hebben gelooid
v.v.t.
  1. had gelooid
  2. had gelooid
  3. had gelooid
  4. hadden gelooid
  5. hadden gelooid
  6. hadden gelooid
o.t.t.t.
  1. zal looien
  2. zult looien
  3. zal looien
  4. zullen looien
  5. zullen looien
  6. zullen looien
o.v.t.t.
  1. zou looien
  2. zou looien
  3. zou looien
  4. zouden looien
  5. zouden looien
  6. zouden looien
en verder
  1. ben gelooid
  2. bent gelooid
  3. is gelooid
  4. zijn gelooid
  5. zijn gelooid
  6. zijn gelooid
diversen
  1. looi!
  2. looit!
  3. gelooid
  4. looiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor looien:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tan looi
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tan leerlooien; looien; tanen bronzen; bruinen; zonnen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tan beige; lichtbruin

Verwante woorden van "looien":


Wiktionary: looien

looien
verb
  1. het bewerken van een dierenhuid ter vervaardiging van leer
    • looientan

Computer vertaling door derden: