Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. gom:
  2. uitgommen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gom (Nederlands) in het Spaans

gom:

gom [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de gom
    la goma de borrar; el borrador

Vertaal Matrix voor gom:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrador gom bordenwisser; concept; geflikflooi; geklodder; gerotzooi; klad; kladblok; kladschrift; kladwerk; model; ontwerp; proefversie; ruitenwisser; schets; schetstekening; tekening; toonbeeld; trekker; voorbeeld; voorlopig ontwerp; wisser
goma de borrar gom vlakgom
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrador concept

Verwante woorden van "gom":

  • gommen

Wiktionary: gom


Cross Translation:
FromToVia
gom borrador; goma de borrar eraser — thing used to erase something written or drawn
gom gomma; goma gomme — Traduction à trier

gom vorm van uitgommen:

uitgommen werkwoord (gom, gomt, gomde, gomden, uitgegomd)

  1. uitgommen (uitvlakken; wissen; uitwissen; )
    borrar; erradicar; derribar; barrer; hacer desaparecer; limpiar

Conjugations for uitgommen:

o.t.t.
  1. gom
  2. gomt
  3. gomt
  4. gommen
  5. gommen
  6. gommen
o.v.t.
  1. gomde
  2. gomde
  3. gomde
  4. gomden
  5. gomden
  6. gomden
v.t.t.
  1. heb uitgegomd
  2. hebt uitgegomd
  3. heeft uitgegomd
  4. hebben uitgegomd
  5. hebben uitgegomd
  6. hebben uitgegomd
v.v.t.
  1. had uitgegomd
  2. had uitgegomd
  3. had uitgegomd
  4. hadden uitgegomd
  5. hadden uitgegomd
  6. hadden uitgegomd
o.t.t.t.
  1. zal uitgommen
  2. zult uitgommen
  3. zal uitgommen
  4. zullen uitgommen
  5. zullen uitgommen
  6. zullen uitgommen
o.v.t.t.
  1. zou uitgommen
  2. zou uitgommen
  3. zou uitgommen
  4. zouden uitgommen
  5. zouden uitgommen
  6. zouden uitgommen
en verder
  1. ben uitgegomd
  2. bent uitgegomd
  3. is uitgegomd
  4. zijn uitgegomd
  5. zijn uitgegomd
  6. zijn uitgegomd
diversen
  1. gom!
  2. gomt!
  3. uitgegomd
  4. uitgommend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor uitgommen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
derribar doodschieten; neerleggen; neerschieten
limpiar afnemen; afstoffen; afwissen; boenen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barrer uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen afvegen; begeleiden; bezemen; leiden; meevoeren; opvegen; schoonborstelen; schoonvegen; vegen; voeren; wegpinken; wegvegen
borrar uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen aanrekenen; aanwrijven; afschrijven; berispen; beschuldigen; blameren; diskwalificeren; doorstrepen; gispen; iemand schrappen; in elkaar overlopen; laken; nadragen; royeren; tanen; te niet doen; uitroeien; uitschrijven; uitsluiten; verbleken; vervagen; vervloeien; verwijten; voor de voeten gooien; voorhouden; wegvagen; wissen
derribar uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen afbreken; begeven; bomen kappen; breken; deponeren; dompen; flippen; hakken; houwen; iets afbreken; inhakken; inhouwen; kantelen; kappen; kiepen; leggen; naar beneden werpen; neerhalen; neerleggen; neersabelen; neerschieten; neerslaan; neerwerpen; neerzetten; omduwen; omgooien; omhakken; omkiepen; omkieperen; omlaag werpen; omslaan; omstoten; omver kiepen; omvergooien; omverhalen; omverrukken; omverstoten; omvertrekken; omverwerpen; omwerpen; onderuit halen; onderuithalen; overhoopschieten; plaatsen; ruineren; slopen; smijten; stationeren; ten val brengen; uit elkaar halen; uitroeien; vellen; vernielen; vernietigen; verwoesten; vloeren; wegvagen; wippen; zetten
erradicar uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen uitroeien; wegvagen
hacer desaparecer uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen uitroeien; vagen; wegvagen
limpiar uitgommen; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; vlakken; wegvegen; wissen afvegen; afwissen; gladmaken; gladwrijven; kaken; klusje opknappen; klussen; opruimen; opschonen; reinigen; schoon maken; schoonmaken; schoonpoetsen; uitmesten; uitruimen; uitsnijden; vis kaken; zuiveren

Verwante vertalingen van gom