Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Spaans ->Zoek: belenden

Nederlandse en Spaanse zoekresultaten voor: belenden

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

belenden:
- Wiktionary:
  belenden → resultar, salir, alcanzar, conseguir, lograr

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor belenden (Nederlands) in het Spaans

belenden: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

bel: timbre; llamador
den: pino; árbol de Navidad
bellen: llamar; llamar a la puerta; telefonear; llamar por teléfono; llamada; telefonazo; sonar; tocar el timbre; hacer sonar

Spelling Suggesties voor: belenden

beleenden; belegden; bekenden; beleden; blenden; belanden; belendend; belenen; beleefden; beierden

Wiktionary: belenden

Cross Translation:

From	To	Via
• belenden	→ resultar; salir; alcanzar; conseguir; lograr	↔ aboutir — toucher par un bout.

Computer vertaling door derden:

Spaans

Suggesties voor belenden in het Spaans

Spelling Suggesties voor: belenden

blinden; blanden; belenes; brinden; belén

Computer vertaling door derden: