Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. spraakleer:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spraakleer (Nederlands) in het Spaans

spraakleer:

spraakleer [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de spraakleer (grammatica; spraakkunst)
    la gramática

Vertaal Matrix voor spraakleer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gramática grammatica; spraakkunst; spraakleer

Wiktionary: spraakleer

spraakleer
noun
  1. een stelsel van regelmatigheden die optreden in een taal

Cross Translation:
FromToVia
spraakleer gramática grammaire — Règle d’une langue