Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Spaans ->Zoek: zakenpartner

Nederlandse en Spaanse zoekresultaten voor: zakenpartner

Overzicht

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

zakenpartner:
- relación de negocios; relación comercial
Wiktionary:
- zakenpartner → socio

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zakenpartner (Nederlands) in het Spaans

zakenpartner:

zakenpartner [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de zakenpartner (partner; vennoot; compagnon; deelgenoot; medefirmant)
la relación de negocios; la relación comercial
- relación de negocios [la ~] zelfstandig naamwoord
- relación comercial [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zakenpartner:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
relación comercial	compagnon; deelgenoot; medefirmant; partner; vennoot; zakenpartner	handelsbetrekking; handelsrelatie; zakelijke connectie; zakelijke verbinding; zakenrelatie
relación de negocios	compagnon; deelgenoot; medefirmant; partner; vennoot; zakenpartner	zakelijke verbinding

Verwante woorden van "zakenpartner":

zakenpartners

Wiktionary: zakenpartner

zakenpartner

noun

iemand met wie men gezamenlijk zaken onderneemt
- zakenpartner → socio