Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. logica:
  2. Wiktionary:
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. lógico:
  2. lógica:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor logica (Nederlands) in het Spaans

logica:

logica [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de logica
    la lógica
    • lógica [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor logica:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lógica logica

Wiktionary: logica

logica
noun
  1. wetenschap|nld de wetenschap die zich bezighoudt met de formele regels van het denken. Traditioneel wordt de logica door de filosofie bestudeerd, maar het wordt ook tot de wiskunde gerekend

Cross Translation:
FromToVia
logica lógica logic — method of human thought
logica lógica Logikohne Plural: Lehre von den Gesetzen des abgeleiteten Wissens
logica lógica logiqueétude des procédés de raisonnement, science qui enseigne à raisonner juste.

Verwante vertalingen van logica



Spaans

Uitgebreide vertaling voor logica (Spaans) in het Nederlands

lógico:

lógico bijvoeglijk naamwoord

  1. lógico (racional)
    logisch; volgens de logica
  2. lógico
    beredeneerd

Vertaal Matrix voor lógico:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beredeneerd lógico
logisch lógico; racional claro; claro está; claro que; claro que no; claro que si; convincente; de todas maneras; de todos modos; decididamente; desde luego; después de todo; efectivamente; en el fondo; en realidad; evidente; fundado; legítimo; natural; naturalmente; obvio; plausible; por supuesto; sin duda; sin ninguna duda; válido
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
volgens de logica lógico; racional

Verwante woorden van "lógico":


Synoniemen voor "lógico":


Wiktionary: lógico

lógico
adjective
  1. natuurlijk, voor de hand liggend
  2. betrekking hebbend op de logica

Cross Translation:
FromToVia
lógico overtuigend cogent — appealing to the intellect or powers of reasoning
lógico logisch logical — reasonable
lógico logicus logician — person who studies or teaches logic
lógico vanzelfsprekend self-evident — obviously true
lógico natuurlijk; vanzelfsprekend; uiteraard natürlich — im Sinne von selbstverständlich, klar
lógico logisch logique — Qui est conforme aux règles de la logique, rationnel.

lógica:

lógica [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la lógica
    de logica
    • logica [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lógica:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
logica lógica

Verwante woorden van "lógica":


Synoniemen voor "lógica":


Wiktionary: lógica

lógica
noun
  1. wetenschap|nld de wetenschap die zich bezighoudt met de formele regels van het denken. Traditioneel wordt de logica door de filosofie bestudeerd, maar het wordt ook tot de wiskunde gerekend

Cross Translation:
FromToVia
lógica logica logic — method of human thought
lógica logicus logician — person who studies or teaches logic
lógica logica Logikohne Plural: Lehre von den Gesetzen des abgeleiteten Wissens
lógica logica logiqueétude des procédés de raisonnement, science qui enseigne à raisonner juste.

Verwante vertalingen van logica