Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. optimist:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor optimist (Nederlands) in het Spaans

optimist:

optimist [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de optimist
    el optimista

Vertaal Matrix voor optimist:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
optimista optimist
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
optimista blij; blijmoedig; dartel; goedgehumeurd; goedgeluimd; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; optimistisch; tierig; vrolijk; welgemoed; welgestemd

Verwante woorden van "optimist":

  • optimisten

Wiktionary: optimist

optimist
noun
  1. een mannelijk iemand die alles van de positieve kant beschouwt

Cross Translation:
FromToVia
optimist optimista Optimist — optimistischer Mensch, Mensch der das Leben meistens von der guten Seite sieht