Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor punt (Nederlands) in het Frans

punt:

punt [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de punt (issue; kwestie)
    le cas; la question; le problème; l'affaire; le différend; le point à l'ordre du jour
  2. de punt (beoordelingscijfer)
    la note
    • note [la ~] zelfstandig naamwoord

punt [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de punt
    la pointe
    • pointe [la ~] zelfstandig naamwoord

punt [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de punt
    le point
    • point [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor punt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
affaire issue; kwestie; punt aangelegenheid; aankoop; aanschaf; acquisitie; affaire; afname; bedrijf; bezigheid; deal; firma; geval; incident; koop; koopmanschap; kopen; kwestie; onderneming; transactie; verkrijging; verwerving; zaak; zaakje
cas issue; kwestie; punt aangelegenheid; affaire; casus; deining; geval; gezichtshoek; gezichtspunt; incident; invalshoek; kwestie; kwesties; naamval; oogpunt; ophef; perspectief; probleem; problematiek; problemen; standpunt; vraagstuk; zaak; zaakje; zienswijs
différend issue; kwestie; punt botsing; conflict; debat; dispuut; geschil; gezichtshoek; gezichtspunt; invalshoek; kwestie; meningsverschil; onenigheid; oogpunt; perspectief; redestrijd; redetwist; ruzie; standpunt; twist; twistgesprek; woordenstrijd; woordenwisseling; zienswijs
note beoordelingscijfer; punt aantekening; annotatie; briefje; cijfer; factuur; intonatie; kattebelletje; kladbriefje; kladje; klank; klankgeluid; klankkleur; klanktint; krabbel; krabbelbriefje; memorandum; noot; nota; notitie; opschrijving; proces verbaal; rapport; rapportcijfer; rekening; schoolcijfer; schrijfsel; timbre; toon; verklaring; voetnoot; zakelijke notitie
point punt moesje; nop; point; spat; spatje; spikkel; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje
point à l'ordre du jour issue; kwestie; punt
pointe punt bergspits; bergtop; culminatie; draadnagel; etsnaald; glimp; graveernaald; graveerpen; graveerstift; hoogst haalbare; hoogste punt; moesje; nop; piek; pointe; spat; spatje; steek onder water; stip; stipje; stippel; top; uitsteeksel; vlek; vlekje; vleugje
problème issue; kwestie; punt aangelegenheid; affaire; complicatie; geval; gezichtshoek; gezichtspunt; ingewikkeldheid; interpellatie; invalshoek; kwestie; moeilijkheid; oogpunt; opgaaf; opgave; perspectief; probleem; probleemgeval; probleemstelling; standpunt; stelling; verhandeling; vraag; vraagstelling; vraagstuk; werkstuk; zaak; zienswijs; zwaarte
question issue; kwestie; punt aangelegenheid; affaire; casus; geval; gezichtshoek; gezichtspunt; ingewikkeldheid; interpellatie; invalshoek; kwestie; kwesties; moeilijkheid; oogpunt; opgaaf; opgave; perspectief; probleem; probleemstelling; problematiek; problemen; standpunt; stelling; verhandeling; vraag; vraagstelling; vraagstuk; werkstuk; zaak; zienswijs; zwaarte
- plaats; plek
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
point geen

Verwante woorden van "punt":

  • puntten, punten

Synoniemen voor "punt":


Verwante definities voor "punt":

  1. bepaalde ruimte of punt in de ruimte1
    • dat huis ligt op een mooi punt1
  2. eenheid in het spel1
    • hij haalde tien punten1
  3. gespreksonderwerp1
    • over het laatste punt wil ik nog even verder praten1
  4. hoek van vierkante lap1
    • met een punt van de zakdoek veegde hij zich schoon1
  5. klein rondje, stip1
    • achter de zin zet je een punt1
  6. scherp uiteinde1
    • er zit een punt aan dit potlood1

Wiktionary: punt

punt
noun
  1. een positie in de ruimte
punt
Cross Translation:
FromToVia
punt point dot — small spot or mark
punt point dot — decimal point
punt point dot — punctuation mark
punt point dot — morse code symbol
punt point full stop — The punctuation mark “.”
punt but goal — point(s) scored
punt note mark — academic score
punt score mark — sporting score
punt point period — punctation mark “.”
punt point; détail point — particular moment in an event or occurrence
punt point point — location or place
punt point point — geometry: zero-dimensional object
punt point point — full stop
punt point point — unit of scoring in a game or competition
punt pointe point — sharp tip
punt pointe point — any projecting extremity
punt dent prong — thin, pointed, projecting part
punt dent; fourchon tine — prong
punt bout; pointe tip — extreme end of something

Verwante vertalingen van punt