Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
-
plat:
- grossier; populaire; vulgaire; vulgairement; mou; fade; insipide; peu appétissant; défraîchi; plat; lisse; égal; tout net; sans égards; uniformément; sans détours; sans cérémonies; uniforme; égalisé; aplati; banal; grossière; trivial; grossièrement; méchant; crapuleux; ignoblement; cochon; vilain; infâme; bas; basse; dégueulasse; ignoble; méprisable; malpropre; crapuleusement; sale; vil; infect; bassement; horizontal; ordinaire; populacier; commun; d'une façon vulgaire
- Wiktionary:
Frans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
plat:
- gerecht; schotel; maaltijd; eten; diner; maal; kosten; uitgaven; onkosten; kost; uitgaaf; voedingsmiddelen; voedsel; schoteltje; presenteerblaadje; etensbakje; trog; voedertrog; voederkrib; plaat
- vlak; effen; gelijk; egaal; glad; geslepen; strak; plat; vlakuit; sluik; glad neerliggend; uniform; eenvormig
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor plat (Nederlands) in het Frans
plat:
-
plat (volks)
grossier; populaire; vulgaire; vulgairement-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
populaire bijvoeglijk naamwoord
-
vulgaire bijvoeglijk naamwoord
-
vulgairement bijvoeglijk naamwoord
-
-
plat (verschaald; oud; oudbakken; oubakken; muf)
mou; fade; insipide; peu appétissant; défraîchi-
mou bijvoeglijk naamwoord
-
fade bijvoeglijk naamwoord
-
insipide bijvoeglijk naamwoord
-
peu appétissant bijvoeglijk naamwoord
-
défraîchi bijvoeglijk naamwoord
-
-
plat (vlak; effen; gelijk; egaal; glad; geslepen; strak; vlakuit)
plat; lisse; égal; tout net; sans égards; uniformément; sans détours; sans cérémonies; uniforme-
plat bijvoeglijk naamwoord
-
lisse bijvoeglijk naamwoord
-
égal bijvoeglijk naamwoord
-
tout net bijvoeglijk naamwoord
-
sans égards bijvoeglijk naamwoord
-
uniformément bijvoeglijk naamwoord
-
sans détours bijvoeglijk naamwoord
-
sans cérémonies bijvoeglijk naamwoord
-
uniforme bijvoeglijk naamwoord
-
-
plat (geëgaliseerd; vlak)
-
plat (platvloers; grof; laag-bij-de-grond; vunzig; lomp; schunnig)
-
plat (schunnig; banaal; triviaal; vunzig; laag-bij-de-grond; grof; lomp; platvloers)
banal; méchant; grossier; crapuleux; ignoblement; grossière; cochon; vilain; infâme; bas; basse; dégueulasse; ignoble; méprisable; malpropre; crapuleusement; sale; vulgaire; vil; infect; trivial; grossièrement; bassement-
banal bijvoeglijk naamwoord
-
méchant bijvoeglijk naamwoord
-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
crapuleux bijvoeglijk naamwoord
-
ignoblement bijvoeglijk naamwoord
-
grossière bijvoeglijk naamwoord
-
cochon bijvoeglijk naamwoord
-
vilain bijvoeglijk naamwoord
-
infâme bijvoeglijk naamwoord
-
bas bijvoeglijk naamwoord
-
basse bijvoeglijk naamwoord
-
dégueulasse bijvoeglijk naamwoord
-
ignoble bijvoeglijk naamwoord
-
méprisable bijvoeglijk naamwoord
-
malpropre bijvoeglijk naamwoord
-
crapuleusement bijvoeglijk naamwoord
-
sale bijvoeglijk naamwoord
-
vulgaire bijvoeglijk naamwoord
-
vil bijvoeglijk naamwoord
-
infect bijvoeglijk naamwoord
-
trivial bijvoeglijk naamwoord
-
grossièrement bijvoeglijk naamwoord
-
bassement bijvoeglijk naamwoord
-
-
plat (horizontaal; vlak)
horizontal-
horizontal bijvoeglijk naamwoord
-
-
plat (vulgair; grof; ordinair; platvloers)
vulgaire; ordinaire; banal; grossier; vulgairement; populaire; populacier; commun; trivial; d'une façon vulgaire-
vulgaire bijvoeglijk naamwoord
-
ordinaire bijvoeglijk naamwoord
-
banal bijvoeglijk naamwoord
-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
vulgairement bijvoeglijk naamwoord
-
populaire bijvoeglijk naamwoord
-
populacier bijvoeglijk naamwoord
-
commun bijvoeglijk naamwoord
-
trivial bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon vulgaire bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor plat:
Verwante woorden van "plat":
Synoniemen voor "plat":
Antoniemen van "plat":
Verwante definities voor "plat":
Wiktionary: plat
plat
Cross Translation:
adjective
-
(figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde.
-
D’humeur leste et hardie
-
sans relief.
-
désuet|fr Qui concerne le peuple, le quidam, le personnage quelconque.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• plat | → plan; plat | ↔ flat — having no variations in altitude |
• plat | → à plat; dégonflé; crevé | ↔ flat — of a tyre: deflated |
• plat | → plat; plate | ↔ platt — flach, breitgetreten, breitgewalzt, von der Form her niedrig, von Reifen: ohne ausreichenden Luftdruck |
Frans
Uitgebreide vertaling voor plat (Frans) in het Nederlands
plat:
-
le plat (mets)
-
le plat (repas; mets)
-
le plat (dépenses; frais; alimentation; nourriture; aliment; aliments)
-
le plat (aliments; alimentation; nourriture; aliment)
-
le plat (assiette; plateau)
het schoteltje -
le plat (plateau à thé; plateau)
-
le plat (assiette; petite mangeoire)
het etensbakje -
le plat (petite mangeoire; bac; mangeoire; cuve; récipient; gamelle; jatte)
-
le plat
-
plat (lisse; égal; tout net; sans égards; uniformément; sans détours; sans cérémonies; uniforme)
-
plat (lisse)
-
plat (uniforme; égal; uniformément)
Vertaal Matrix voor plat:
Synoniemen voor "plat":
Wiktionary: plat
plat
Cross Translation:
adjective
noun
plat
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• plat | → gerecht; gang | ↔ course — part of a meal |
• plat | → bord; taloor | ↔ dish — vessel for holding/serving food |
• plat | → gerecht; bord | ↔ dish — contents of such a vessel |
• plat | → gerecht | ↔ dish — specific type of food |
• plat | → vlak; vlakke; gelijk; gelijke | ↔ even — flat and level |
• plat | → plat; vlak | ↔ flat — having no variations in altitude |
• plat | → vlak | ↔ level — same height at all places |
• plat | → vlak | ↔ plane — of a surface: flat or level. |
• plat | → bord; dienblad | ↔ plate — dish from which food is served or eaten |
• plat | → gerecht | ↔ Gericht — Speise |
• plat | → plat | ↔ platt — flach, breitgetreten, breitgewalzt, von der Form her niedrig, von Reifen: ohne ausreichenden Luftdruck |